HET GEHEUGEN

Wanneer het over dementie gaat is één van de eerste dingen waar aan gedacht wordt, het verlies van geheugen, vergeetachtigheid. Helaas is dat lang niet het enige wat er ontstaat bij dementie. Wanneer er alleen wat vergeetachtigheid zou ontstaat is er geen sprake van dementie. Er moet meer aan de hand zijn wanneer er gedacht wordt aan dementie.

 

Stoornissen van de cognitieve functies zijn bij de meeste vormen van dementie wél de eerste symptomen die openbaar komen en waar we dementie aan herkennen. (bij Lewy Body dementie en Fronto Temporale Dementie zijn het vaker de gedragsproblemen die op de voorgrond staan)

Cognitieve functies zijn de zogenaamde “kennende” functies, die een mens nodig heeft om met zichzelf en de omringende werkelijkheid om te kunnen gaan. Je moet kunnen waarnemen, denken en onthouden om in staat te zijn handelend op te treden. Het geheugen is een belangrijke voorwaarde voor de cognitieve functies. Zonder een goed geheugen kan men zich niet goed oriënteren in de omringende wereld. Zo is ook het besef van tijd afhankelijk van het geheugen. Het geheugen is dus onmisbaar bij ons dagelijks functioneren. 

 

Het geheugen bestaat uit drie delen, het sensorische (zintuigelijke) geheugen, korte termijn geheugen en lange termijn geheugen. Via onze vijf zintuigen komen er prikkels/informatie binnen in de hersenschors (die rondom onze hersenen zit). Alle vijf de zintuigen hebben een aparte opslagplaats in die hersenschors. De hersenschors heeft een soort van filter zodat niet alle prikkels/informatie tegelijk binnenkomt. Vanuit het sensorische geheugen worden prikkels/informatie doorgestuurd naar het korte termijn geheugen wat zich in de Hippocampus bevindt.  De naam zegt het al, hier wordt recente informatie voor korte tijd opgeslagen. Na een aantal seconden ben je bijvoorbeeld het telefoonnummer al weer vergeten. Dit geheugen kan ook maar een beperkt aantal dingen onthouden (max. 7) , het werkt eigenlijk een beetje als een vergiet. Alleen informatie wat belangrijk genoeg is wordt doorgestuurd naar het lange termijn geheugen. 

Het lange termijn geheugen werkt als een kluis. Alle informatie/herinneringen wat vanuit het korte termijn geheugen doorgestuurd wordt, worden bij binnenkomst geordend, opgeslagen en voor lange tijd bewaard. Alles wat we vanaf onze geboorte meemaken wordt op volgorde opgeslagen in ons lange termijn geheugen. Vooral de dingen die we meemaken waar een emotionele “lading” aan vast zit onthouden we langer. (emoties en gevoelens worden ook allemaal opgeslagen en bewaard) Iedere dag komen er herinneringen bij en ook gedachten vormen herinneringen.

Van alles wat we om ons heen zien, van jongs af aan, slaan we “plaatjes” op in ons geheugen. Daardoor kunnen we dingen en personen herkennen als we die een volgende keer weer zien. Zo herkennen we onze vader en moeder, ons huis, de inrichting van ons huis enz. Zo weten we bijvoorbeeld ook dat wanneer we een stoel zien dat we daar in kunnen gaan zitten, of we zien een fiets en we weten de handelingen om een fiets te kunnen 'besturen'. Dat zijn onze vaardigheden die dus ook allemaal opgeslagen zijn in ons lange termijn geheugen.

In ons geheugen zitten ook onze automatische beweegpatronen. Zoals je als kind leert om een glas te pakken en eruit te drinken. Je moet het vastpakken, zó dat je het niet laat vallen maar ook niet te stevig om het niet te laten breken. Je moet het naar je mond brengen en zo drinken dat het niet uit je mond loopt. Dat gaat eerst niet vanzelf, daar is oefenen voor nodig maar daarna gaat het automatisch. En dan zitten er in ons geheugen automatische taalpatronen.

We weten wat we willen zeggen, we hoeven niet na te denken over woorden en zinnen. Alle woorden die we gebruiken hebben we ooit gehoord en/of gelezen en zijn in ons geheugen opgeslagen. Het lange termijn geheugen heeft ook de functie om opgeslagen herinneringen terug te halen/roepen.

 

Bij dementie verdwijnt het korte termijngeheugen als eerste bij mensen die dementie hebben. Nieuwe informatie komt niet meer (goed) binnen en word niet meer opgeslagen of onthouden. De meest recente informatie, dingen die net gebeurd zijn, die onthouden ze niet meer. Zo kan het voorkomen dat ze wel vijf keer op een dag een pakje boter in de winkel gaan halen, omdat ze vergeten zijn dat ze er net om geweest zijn, of ze vergeten waar ze hun portemonnee gelegd hebben of ze vergeten dat ze het eten op hebben staan enz.

 

Het langere termijn geheugen functioneert meestal nog lange tijd goed. Bij mensen die dementie hebben verdwijnen de herinneringen die ze hun hele leven opgeslagen hebben, met de klok terug, stuk voor stuk. Huub Buijssen beschrijft in het boek "de heldere eenvoud van dementie" over verdwijnende dagboeken. Hoe in de hersenen een denkbeeldige plank met dagboeken staat. Alle herinneringen staan daarin en elke keer valt er weer een dagboek om. Eerst die boeken waar recent nog in "geschreven" is.

Bij stoornissen in dit geheugen gaan mensen met dementie dingen uit hun kindertijd vertellen alsof die net gebeurd zijn. Ze kunnen heden en verleden niet meer uit elkaar houden. Gebeurtenissen worden door elkaar gehaald en vaak worden ze ook met verkeerde tijdstippen verbonden. Gebeurtenissen met een zelfde emotionele lading bijvoorbeeld, kunnen ook vaak zorgen voor verwarring van tijd en persoon.

Bijvoorbeeld: een vrouw haar schoonvader is door een hartstilstand op jonge leeftijd overleden, haar man overlijd op 75 jarige leeftijd ook aan een hartstilstand. Mevrouw verteld aan iedereen dat haar man op hele jonge leeftijd is overleden en dat ze al heel lang weduwe is, dat haar kinderen hun vader maar kort gekend hebben. In werkelijkheid heeft ze het dus over haar schoonvader, die zij maar kort gekend heeft. Niet zij is jong weduwe geworden, maar haar schoonmoeder. Zo haalt ze dus gebeurtenissen/personen uit het verleden in de war met gebeurtenissen/personen uit het heden.

Ons geheugen heeft dus nogal wat functies en begrijpelijkerwijs ontstaan er (grote) problemen wanneer dit geheugen dus gaat haperen en steeds minder zijn werk gaat doen. Wanneer er dan steeds meer hersengebieden beschadigd raken ontstaan er naast de problemen van het geheugen/cognitieve functies, allerlei andere symptomen waardoor mensen met dementie steeds vaker en steeds meer afhankelijk worden van hun omgeving.

 

© Mariët de Landmeter